Review Fuji GFX door een Fujifan

Ik ben een Fujifan. Ingegeven door Remco van Cameraland die me, in een zoektocht naar iets compacts naast m'n Canon 5D Mark II, ooit een Fuji X100 in handen gaf. En nu ben ik dus om. Of beter gezegd, ik ben overgestapt. Van groot en zwaar en D-SLR naar klein en licht en systeemcamera. En van fullframe naar crop. Natuurlijk weet ik dat het de fotograaf is die de foto maakt en dat de camera slechts een stuk gereedschap is, maar die Fuji is wel een heel mooi stuk gereedschap. En dat geldt voor zowel de body's als de objectieven.

Fujifilm GFX

Ik ben een allround fotograaf, al houd ik het meest van reis - en straatfotografie. Het compacte formaat en dito gewicht van een systeemcamera zijn voor mij dus een pré. Dat de belichtingsdriehoek middels fysieke knoppen en ringen in te stellen is vind ik geweldig. En moet je even snel iets dieper voor een instelling, dan biedt de Q-knop uitkomst. Al met al ben ik dus een blije Fujifan en heb ik nog geen moment spijt gehad van m'n overstap.

Een middenformaat

Een vriend van me heeft ook een Fuji X-T1. En een middenformaatcamera. Een Mamiya 645 waar 120mm film in kan. Zo af en toe laat hij me de zwart-witfoto's zien die hij daarmee maakt. Dat smaakt naar meer. De korrel, het "zachte" beeld en de geringe scherptediepte. Maar hoe mooi ik het ook vind, tegelijkertijd ken ik mezelf. De aanschaf van zo'n analoog apparaat heb ik dus nooit overwogen.

Vlak voor de Photokina van 2016 kondigt Fuji de GFX 50S aan. Een digitale middenformaat met 50 megapixel. Helaas kan ik door m'n werk nooit naar de Photokina en moet ik dus wachten tot deze camera in Nederland in de winkels ligt. Ook in dit geval heb ik overigens niet de intentie om 'm te kopen, maar 'm gewoon even in de hand houden en uitproberen vind ik altijd leuk. Dat lukt voor het eerst tijdens de Professional Imaging. Daar krijg ik 'm vrijwel direct van Maarten van Norden, salesmanager bij Fuji, in m'n handen gedrukt. Wow! Da's wel even wat anders dan m'n X-T1. En tegelijkertijd voelt het toch vertrouwd.

De GFX in handen

Nog geen week later ben ik bij Camerland. Als me wordt gevraagd of ik een GFX wil uitproberen, zie ik gelijk mogelijkheden. Ik heb wat shoots in de planning, waarbij ik de GFX eens goed aan de tand kan voelen. Ik krijg de GFX mee inclusief de primes  ;GF 63mm F/2.8 en de >GF 120mm F/4.0 OIS Macro.

's Avonds ga ik nog even naar het strand om wat eerste foto's te maken, voordat op zondag het echte werk begint. Het is niet echt spannend wat ik doe; ik schiet hier en daar een plaatje van de zonsondergang. Thuis zie ik pas wat de camera in z'n mars heeft. Ik heb op zeker 30 meter afstand een vliegeraar gefotografeerd. Als ik inzoom op de foto, kan ik de draadjes vanaf de vliegeraar tot aan de vlieger volgen. Die details. Dat belooft nog wat.

Beverwijk Herdenkt

M'n eerste shoot is tijdens Beverwijk Herdenkt in de Grote Kerk in Beverwijk. Dat is een wat donkere locatie en mede daarom een prima locatie om te kijken wat de GFX en beide objectieven aan kunnen. Ik stel de camera in op diafragmavoorkeuze. Een eerste serie foto's maak ik nog wat voorzichtig op ISO1600, maar omdat ik de sluitertijden de laag vind, schakel ik al snel over naar ISO3200. Daarbij merk ik direct op dat een belangrijk detail verbeterd is: de draaiknoppen kunnen middels een centraal knopje gelockt worden. Dat voorkomt dat je onbedoeld een instelling verandert. Daarnaast is het fijn om weer een joystick achterop te hebben waarmee ik het scherpstelpunt kan instellen. Op m'n 5DmkII werkte ik ook zo en ik mis 'm nog altijd op m'n X-T1. Iets later kom ik er overigens achter, dat je het scherpstelpunt ook kunt aanwijzen op het touchscreen achterop.

Ik start met fotograferen met de GF 63mm, maar zodra ik de GF 120mm op de camera schroef en de eerste foto's bekijk weet ik direct dat dit m'n maatje wordt. De GF 120mm is een groot objectief, zeker met de zonnekap erop, maar de snelheid en accuratesse zijn geweldig. Ondanks dat dit objectief vol open een stop minder lichtsterk is dan de GF 63mm. Achteraf zal blijken dat ik die GF 120mm voor zeker 70 tot 80% van m'n foto's gebruikt heb.

Het zal m'n smaak zijn, maar in de nabewerking (Lightroom) maak ik veel foto's lichter. Dat doe ik met Automatische tinten, door de belichting zelf te verhogen en / of de schaduwen op te lichten. Ik weet dat met name door die laatste bewerking ruis beter zichtbaar kan worden en inderdaad, als je inzoomt naar 100%, is er zeker ruis te zien. Ik houd echter altijd in het achterhoofd wat het doel is van m'n foto's. En in dit geval is dat een export van kleinere jpg's voor Facebook en een wat grotere jpg voor deze review. En voor dat doel voldoet de camera prima. Uit ervaring weet ik overigens dat gelijkwaardige foto's uit m'n X-T1 tot zeker 75x50cm afgedrukt kunnen worden op zowel normaal fotopapier als op Xpozer en dan geen noemenswaardige ruis laten zien.

Over verhoudingen

Mijn werk - in het dagelijks leven ben ik docent - biedt me de mogelijkheid om m'n tijd deels zelf in te delen. Ik besluit om op woensdagmiddag een rondje Haarlem te doen. Allereerst omdat ik de camera buiten in daglicht aan de tand wil voelen. Daarnaast ben ik ook benieuwd naar de verschillende formaten, zoals 5x6 of 6x7. Verhoudingen, die wat mij betreft typisch zijn voor middenformaatcamera's en waar ik graag eens mee werk.

Hoewel je het formaat waarin je wilt fotograferen vooraf in de camera in kunt stellen, kun je het tijdens de nabewerking in Lightroom eventueel ook nog aanpassen. Bij het maken van de foto wordt gewoon de hele sensor met een resolutie van 43,8 x 32,9 pixels gebruikt, wat overigens een verhouding is van 7:5,26. Binnen die ruimte kun je alles nog aanpassen en met ruim 51 miljoen pixels heb je er ook genoeg om uitsneden te maken, die toch voldoende detail houden. Het voordeel van werken met vooraf gedefinieerde uitsneden is natuurlijk wel dat je direct kunt zien hoe je compositie wordt.

De muziekavond

De tweede shoot die in de planning staat, is de muziekavond bij mij op school. Hiervoor is de aula omgetoverd tot een waar theater met een zwart-witte achtergrond en gekleurde lampen, die de zaal inschijnen. Terwijl witte lampen, of wat daar voor door moet gaan, op de leerlingen schijnen. Met een rode muur aan één kant van het podium en een glazen wand aan de andere kant een hele uitdaging. Met name voor de automatische witbalans.

Zoals het Fuji betaamt, brengt de automatische witbalans het er in de meeste gevallen goed vanaf. Waar ik het te gortig vind worden, grijp ik tijdens de nabewerking in, waarbij huidskleuren m'n referentie zijn. Ook hier geldt weer, dat de meeste foto's nog wat worden opgelicht, waarbij ik hooglichten juist terugschroef, zodat de lampen niet overbelicht zijn. Het is bijna niet te geloven, wat ik er dan nog uithaal en hoever je kunt gaan. Over dynamisch bereik gesproken.

Verbeterpuntjes

De camera moet bijna terug, maar hij smaakt naar meer en ik wil er nog één dag mee fotograferen. Op zondagochtend heb m'n vrouw en ik een afspraak in Amsterdam-Noord, wat me de gelegenheid biedt om 's middags nog even de Jordaan in te gaan. Het geeft me naast het maken van wat plaatjes ook de kans, om nog eens goed te kijken wat me wel en niet bevalt aan de camera. Wat dat laatste betreft zijn er eigenlijk maar twee dingen. Het eerste is het draaiwieltje achterop, dat niet goed te bedienen valt. En ik schijn niet de enige te zijn, die dat vindt.

Daarnaast vind ik twee knopjes niet handig gepositioneerd. Het gaat om de knop voor het terugkijken van beelden en die voor het verwijderen van beelden. Ze zitten rechts bovenop het schermpje en dat is wat mij betreft de verkeerde kant. Om ze makkelijk te kunnen bedienen, had ik ze liever aan de linkerkant gezien, waar juist de focus mode selectieknop zit. Een selectieknop, die bij m'n X-T1 dan weer voor op de camera zit.

Het is jammer dat deze verbeterpuntjes niet op te lossen zijn met een firmware-update, want dat is wel de kracht van Fuji: ze luisteren naar hun gebruikers en waar mogelijk, brengen ze middels firmware-updates verbeteringen aan in hun producten. In dit geval zullen we moeten afwachten of mijn bezwaren aangepast worden in een opvolger of zustermodel van de GFX 50S.

De laatste foto's

Op de terugweg naar Amsterdam-Noord lopen we bij het Centraal Station door het tunneltje onder het spoor richting het IJ en de De Ruyterkade. Halverwege de tunnel maak ik één van m'n laatste foto's. Het is een perfecte showcase voor wat de camera doet met contrastverschil en tegenlicht. En wat ik er in de nabewerking uit kan halen.

Vanuit Amsterdam rijd ik nog even naar de bloesemtuin in het Amsterdamse bos nabij Amstelveen. Daar kom ik jaarlijks, als de bomen in bloei staan om de bloesem te fotograferen. Ik maak de laatste foto's met de GFX en de GF 120mm. Waar ik met een standaardknop op m'n X-T1 de macromodus in kan stellen, lukt het me op de GFX niet om deze instelling te vinden. Jammer, want de GF 120mm zou een macrofunctie moeten hebben, maar de scherpstelafstand blijft erg groot.

Op het objectief zie ik, behalve het knopje voor het instellen van de focusafstand, ook geen optie voor macro. Geen idee wat ik fout doe en helaas heb ik geen handleiding. Desondanks lukt het me om ook dit jaar de bloesem weer mooi vast te leggen. Al zeg ik het zelf.

Het eindoordeel

Ik heb me prima vermaakt met de Fuji GFX 50S. Dat moge duidelijk zijn. Ik vind de GFX 50S een dijk van een camera. Voor mensen die Fuji al kennen kan het niet anders, dan dat de camera ondanks het grotere formaat vertrouwt aanvoelt. Dat formaat is overigens arbitrair. Vergeleken met een X-T1 is de GFX inderdaad groot. Als ik de camera echter vergelijk met m'n 5DmkII of elke andere willekeurige fullframe D-SLR, dan is er niet zoveel verschil. Dan is de GFX zelfs een heel mooi alternatief voor een D-SLR.

De scherpte van de beelden is zoals ik gewend ben van Fuji: zo scherp, dat je moet oppassen dat je je er niet snijdt. Bij wijze van. Fuji realiseert dat in z'n X-series camera's door gebruik te maken van zg. X-transsensoren. Technisch verhaal, maar het heeft te maken met het RGB-patroon dat in de sensor gebruikt wordt. Door een semi-willekeurig patroon te gebruiken in plaats van het "gewone" bayern-patroon, wordt de kans op moirée verminderd. En dat zorgt ervoor, dat er geen low-pass-filter voor de sensor nodig is, wat dan weer scherpere beelden oplevert.

Bij nadere bestudering blijkt echter dat de sensor van de GFX geen X-transsensor is, maar een sensor met een bayern-patroon. Eigenwijs als Fuji is, leveren ze de GFX 50S echter ook zonder zo'n low-pass-filter, wat de scherpe beelden mede verklaart.

Die scherpte is tegelijkertijd ook een soort van valkuil. Waar ik in m'n inleiding schreef dat ik de zachtheid van de beelden van de Mamiya 645 zo waardeer, zie ik dat niet terug in de GFX. Het zijn beiden middenformaatcamera's, maar tegelijkertijd zijn ze eigenlijk onvergelijkbaar. De GFX is gewoon een zeer moderne camera, een zoveelste doorontwikkeling in de revolutie die digitale fotografie heet. En die levert in combinatie met de GF-objectieven gewoon hele scherpe beelden op.

Hebben? Hebben!

Zoals ik in m'n inleiding al schreef, is het de fotograaf die de foto maakt en is de camera slechts een stuk gereedschap. Daarbij gaf ik aan, dat ik Fujifan ben, omdat de Fuji-apparatuur die ik gebruik wel heel mooi gereedschap is. En na een week allround fotograferen met de GFX kan ik niet anders zeggen dan dat dat ook geldt voor deze camera en bijbehorende objectieven. Een camera, waarin de voordelen van een middenformaat verpakt zijn in een camera met het formaat van een D-SLR. Als ik ooit weer overstap, dan weet ik wel waar ik voor zou kiezen.

Yljas Roeper

Fotograaf

Yljas Roeper houdt zich onder de naam Ytos Fotografie bezig met diverse vormen van fotografie. Hij geeft lezingen over fotograferen in Marokko en flitsen en organiseert af en toe fotoreizen en workshops.